Example
Diversen: Un Tour de France
Un voyage musical en treize étapes

omschrijving afbeelding

In 1903 was de 26-jarige Géo Lefèvre de organisator van de eerste Tour de France, een fietswedstrijd door Frankrijk met als einddoel Parijs.

De Tour roept een sfeer op van heroïek, dramatiek, volharding, souplesse, toppen en dalen, afzien en vreugde.

De sfeer van de Tour vinden we ook terug in menig chanson, hier uitgevoerd door overwegend Franse musici… of toch niet?

Lees het verhaal van een associatieve, muzikale Tour de France: dertien etappes, dwars door genres en tijden heen.

We beginnen de fietstour vroeg in Parijs. Vijf uur, tijd om wakker te worden: "La Tour Eiffel a froid aux pieds. L'Arc de Triomphe est ranimé et l'Obélisque est bien dressé. Entre la nuit et la journée. Il est cinq heures. Paris s'éveille. Paris s'éveille..." In 1968 zong Jacques Dutronc (1943- /zanger, componist, acteur) het lied naar de eeuwige roem.
Na een diner met Disques Vogue-directeur Jacques Wolfsohn en Jacques Lanzmann (schrijver, journalist) kreeg Wolfsohn het idee voor een nieuw lied over Parijs. Hij was daarbij geïnspireerd door een lied in 1802 (!) van Marc-Antoine Désaugers: ‘Tableau de Paris à cinq heures du matin.” Jacques en Jacques gingen thuis bij Lanzmann aan de slag. Anne Ségalen, toenmalig vrouw van Lanzmann, stak ook een handje uit en na een nacht werken was het lied klaar. Tekstueel werd de middag door de vroege ochtend vervangen, maar in beide chansons wordt een sfeerbeeld van Parijs neergezet. Dutronc nam het nummer op, maar zowel hij als Lanzmann waren niet heel tevreden met de uitvoering, er moest nog iets bij/in, maar wat? Dutronc stelde voor in gitaarpartij in Django Reinhardt-stijl. Toevallig echter was dwarsfluitspeler Roger Bourdin in het pand aanwezig. Men vroeg hem eens wat toe te voegen. Met zijn dwarrelende dwarsfluitbijdrage was 'Il est cinq heures, Paris s'éveille' plotseling af.
In de geest van de tijd werd het nummer met drie anderen, ‘L’augmentation’, ‘Comment elles dorment’ en ‘Fis pas ci, fais pas ça’ op een EP-tje gezet. De uitgebreide single werd begin maart 1968 uitgebracht. Op 23 maart stond het lied op nummer één in de Franse hitlijst. Ook in België (2e) en Nederland (4e) deed de song het uitstekend.
Dutronc had echter niet gerekend om een andere tijdgeest, het studentenprotest dat in mei 1968 plaatsvond. Het lied werd omarmd door de revolutionairen vanwege de tekst: “Paris s’éveille”, “Parijs ontwaakt”. De analogie van ‘de Internationale’ (1892), het strijdlied van de arbeiders en gecomponeerd dor Pierre de Geyter, lag immers voor de hand: ‘Ontwaakt, verworpenen der aarde!”. Sinds 1944 was het leid het volkslied van de Sovjet-Unie. Door de vergelijking zat de schrik er dus goed in, reden om het lied niet meer op de meeste radiozenders te laten horen.
in 1991 was de revolutie allang weer vergeten en werd 'Il est cinq heures, Paris s'éveille' door een enquête door Nouvel Observateur onder Franse muziekcritici gekozen tot beste Franstalige single ooit. Op de tweede plek eindigde ‘Ne me quitte pas’ van Jacques Brel. Anno 2023 is Dutronc’s lied gezakt naar een 8e plek en staat ‘Les Lacs du Connemara’ (1982) van Michel Sardou op de 1e plek. Overigens op de hielen gezeten door 'Tous les garçons et les filles' (1964) van Dutronc’s liefde/vrouw Françoise Hardy. Ze kregen één kind: Thomas Dutronc (zanger, jazzgitarist).
In Nederland werd  'Il est cinq heures, Paris s'éveille' uitgevoerd door Rob de Nijs: ‘Parijs Ontwaakt’, op een tekst van Jan Rot en opgenomen voor de Nijs’ album: ‘Chansons’ (2008).

De tour gaat natuurlijk op de fiets. Bourvil, een pseudoniem van André Raimbourg (1917-1970/zanger, acteur, komiek), schreef daar in 1947 een liedje over, genaamd ‘A Bicyclette’: “Est-c'que vous êt's coureur! Non j'ne suis pas coureur. Ah! c'que vous êt's menteur! Moi je suis balayeur. Avez-vous fait le tour? Non, mais j'ai des tours, des détours des contours. Et même d'autres tours... Des tours de quoi qu'em' dit. Des tours d'vélo, pardi! Vous êtes un blagueur. Ah! c'que vous êt's coureur!” In de chanson wordt veel met woorden gespeeld en woordgrappen gemaakt. Bourvil was niet voor niets komiek. Hij schreef ‘A Bicyclette’ in 1947, maar het was ‘slechts’ een b-kantje van de single ‘Ma Place'. Ondanks het feit dat hij meer dan driehonderd liedjes schreef wordt de man veel meer herinnerd door zijn acteurschap. Hij speelde in talloze films, meestal met komische inslag, maar hij kon ook heel goed andere rollen spelen. Het meest bekend is hij met de samenwerking met Louis de Funès, een andere, bekende en meestal ook komische acteur.
Een van Bourvil’s meest bekende chansons is ‘Salade de Fruits’ (1959), het lied werd zelfs 3e in de Frans-Belgische Top50.
‘A bicyclette’ heeft een wat ouderwetse titel, een ‘bicyclette’ is namelijk zo’n ouderwetse fiets met een heel groot wiel en een kleintje achter. Fransen spreken meer over ‘un vélo’ als zij het over fietsen hebben. Maar de song zit niet voor niets vol woordspelingen en observaties: "Soudain qui vois-je devant moi? Un' belle fille au frais minois a bicyclette." “Wat zie ik opeens voor me, een mooi meisje met een fris gezicht op een fiets…” “En arrivant à sa hauteur,  J'y fais' un sourire enchanteur
a bicyclette.” “Aangekomen op zijn hoogtepunt schenk ik hem een betoverende glimlach. Op de fiets.” Het lied heeft duidelijk een dubbele bodem, maar dat is typisch Bourvil.

Natuurlijk zijn er meer fietsen in de Tour. ‘La Bicyclette’ van Yves Montand (1921-1991/zanger, acteur) is een prachtige. Yves Montand is het pseudoniem van Ivo Livi. Vader Giovanni, lid van de Communistische Partij, moest met zijn gezin vluchten voor het zwarte regiem van Mussolini. De familie kwam terecht in Marseille. Ivo Livi werd kapper in de salon van pa, maar ook als havenarbeider en zanger. Dat laatste deed hij in een nachtclub onder een andere naam: Yves Montand. Hij werd redelijk snel populair en wilde graag naar Parijs, maar de oorlog stak daar een flinke stok voor. Tegen het eind van de oorlog, 1944, kon hij zingen in de Moulin Rouge. Hij werd gecoacht door niemand minder dan Édith Piaf. Naast zingen ging Montand acteren. In 1968 zong hij het lied ‘La Bicyclette’.  Montand was op dat moment vooral bezig met acteren, maar vond het lied zo mooi dat hij het alsnog opnam. Het lied is geschreven door Pierre Barouh. Barouh, ook een vluchteling, schreef de tekst over het mooiste meisje van Montournais, Paulette, de dochter van de postbode uit het dorp waar hij woonde. Hij was er verliefd op, maar daar bleef het ook bij. Eigenlijk heette het lied eerst ‘A bicyclette’, maar, zoals we hierboven al hebben kunnen lezen, bestond die titel al en men wilde geen verwarring of gedoe met auteursrechten. Het lied gaat over vrienden die de dag samen met Paulette doorbrengen. Ze fietsen over de weggetjes in de omgeving, rollen door de velden en keerden ’s avonds doodmoe terug naar huis. Vol van de dag en vooral vol van Paulette en met het idee om morgen misschien zelfs even haar hand vast te houden: "On était tous amoureux d'elle. On se sentait pousser des ailes. A bicyclette. Sur les petits chemins de terre. On a souvent vécu l'enfer. Pour ne pas mettre pied à terre. Devant Paulette."

Eenmaal op de fiets moet er snelheid gemaakt worden. Dat doet Izïa Higelin met haar lied: ‘La Vitesse’ (2022). Izïa Higelin (1990- /zang, gitaar, piano) is de dochter van zanger Jacques Higelin. Vader had vooral successen in de jaren ’70 in Frankrijk. Ook moeder en haar twee halfbroers zijn artiesten. Op haar zevende zong Izïa al samen met haar vader, maar vanaf haar 13e kreeg ze interesse in andere muziek, zoals Led Zeppelin en Nirvana en schreef ze een eerste lied: ‘Hey Bitch’ (1997). Duidelijk andere tijden. In 2006 maakte Izïa haar eerste album: ‘Izïa’. ‘La Vitesse’, met daarop het lied ‘La Vitesse’ is haar vierde album, maar helaas haar minst succesvolle. Waar haar tweede album nog in de Franse Top10 belandde, kwam ‘La Vitesse’ tot een 26e plek. Gezien haar voorkeuren is Izïa’s muziek stevig. Soms wordt ze wel eens vergeleken met Janis Joplin. Net als de heren hierboven trok het acteerwerk. In 2012 speelde ze haar eerste rol in de film ‘Bad Girl’.
‘la Vitesse’, het lied is een rock/rap-song met diepe synthesizers, gitaarflarden en een stem gemengeld door de computer. Live komt het werk wat beter over. ‘La Vitesse’ gaat over het feit dat haar leven alsmaar sneller gaat en ze gek wordt, omdat ze andere dingen aan haar hoofd heeft Ze rookt en rookt en versnelt en versnelt zodanig dat ze zelfs een verkeersongeluk kan krijgen, “maar dat kan haar geen fuck schelen.” Niets houdt haar tegen: "Alors, je prends de la vitesse, prends de la vitesse. Prends de la vitesse, prends de la vitesse. Je prends de la vitesse quand le bas me blesse. Je prends de la vitesse, prends de la vitesse. Je prends de la vitesse et tout s'accélère. Je prends de la vitesse, prends de la vitesse. Et fume des cigarettes et des cigarettes. (Et) Je prends de la vitesse... "
ja, zo moet het wel een keer misgaan. Een realiteit waarmee wielrenners ook geconfronteerd worden.

Een Tour zonder verslag kan natuurlijk niet. Radio, tv, artikelen en nu ook alweer dit verhaal. Allemaal woorden, woorden, woorden. In 1972 zongen twee Italianen, Mina en Alberto Lupo een prachtig lied: ‘Parole’. De tekst werd geschreven door Leo Chiosso en Giancarlo Del Re, de muziek erbij is van Gianni Ferrio. In Italië werd het een hit. In de grillige wereld van de muziekhistorie echter is de Franse versie, gezongen door Dalida en Alain Delon, nog bekender. Dalida (1933-1987/zang) heette eigenlijk Iolanda Christina Gigliotti en was van Italiaanse afkomst. In 1954 was ze Miss Egypte, in hetzelfde jaar vertrok ze naar Frankrijk. Ze noemde zich Delila, naar een bijbelse figuur, maar op aanraden van Eddie Barclay veranderde ze dat in Dalida. Ze had een enorme hit met ‘Bambino’ (1957).  Haar twee meest succesvolle songs waren ‘Paroles Paroles (1972) en ‘Gigi l’Amoroso (1974). Dalida overleed in 1987 door een overdosis pillen.
Alain Delon (1935- /acteur) was vooral acterend actief en dan ook nog in met name crimi’s, politiefilms. Hij maakte talloze films. Delon had relaties met Romy Schneider, Dalida, Francine Canovas, Mireille Darc, Anne Parillaud en Rosalie van Breemen. Met de Nederlandse Breemen heeft Delon twee kinderen, maar ook deze relatie liep spaak.
Meest succesvolle lied, eigenlijk een beetje een buitencarrière-achtige onderneming is dus ‘Paroles Paroles, Dalida’s broer, producer Bruno Gigliotti had gevraagd of hij het nummer ook mocht opnemen. Bruno was al langere tijd bevriend met Delon. De originele tekst is opnieuw geschreven door ene Michaëlle. Delon vond het prima, Dalida wilde wat passages veranderen, maar Michaëlle wilde van geen aanpassing weten. Bijzonder is dat muziek en de partijen van Delon en Dalida allemaal apart zijn opgenomen. De nieuwe muziek heeft iets bossa-nova-achtigs. Delon spreekt, Dalida zingt. “Woorden, woorden” gaat over twee mensen die compleet langs elkaar heen communiceren. Zij klaagt over zijn leugens, het einde van de relatie, zijn ongeloofwaardige complimenten. Hij praat gewoon door of er niets aan de hand is. “Karamel, bonbons, chocola, soms begrijp ik je niet. Bedankt voor de wind en de geur van je rozen, maar je kunt ze aan iemand anders aanbieden. Woorden.. woorden… alsjeblieft al die woorden…. woorden die je in de wind zaait…”
Het lied werd een grote hit in Frankrijk. In 1973 zong Dalida het lied nogmaals met Friedrich Schütter: “Worte, nur Worte”. In 1983 deed ze het nog eens met Harald Juhnke. Delon deed het ook met een ander, namelijk Céline Dion (1996). In Nederland kennen we het in de versie van Ramses Shaffy en Liesbeth List: ‘Gebabbel’ (1974). In 1992 maakten Paul de Leeuw en Willeke Alberti een versie, waarbij De Leeuw lekker op dreef was. Vele andere maakten en versie op dit bij velen bekende, klassieke drama. Niet voor niets sprak het zo aan tenslotte.

Het grootste deel van het parcours gaat over het platteland. Daarmee kome we ‘À la campagne’. Het is een lied uit 2009 van Bénabar (1969- /zanger, songschrijver, acteur). Ook Bénabar is een pseudoniem en wel voor Bruno Nicolini. Als kind was hij gek op clowns en leerde op zijn achtste wat trompet spelen. Later werd hij fotograaf en filmregisseur. Er staan meerdere films op zijn naam. Met een voorkeur voor piano en fanfare/koperblaasinstrumenten maakt hij in 2001 zijn eerste album, ‘Bénabar, genaamd. Bénabar maakt tot op de dag van vandaag albums. Zijn liederen vallen onder de noemer chanson, maar leunen vaak tegen de jazz aan. Bekendst is zijn lied ‘Le Diner’ (2005). In de tekst wordt van alles aangedragen om maar niet naar dat diner te hoeven gaan.
‘À la campagne’ is een ode aan het platteland: "Op het platteland is altijd iets bijzonders te zien. Hazen, egels, oude mannen op een tractor. Op het platteland zijn plekjes vol geschiedenis. Ruïnes van kastelen, honderdjarige bomen..." Maar ook vraagt de stadsmens aan de boer wat voor weer er morgen komt, sta je vroeg op sluit je ’s nachts de luiken.” De chanson is een lange observatie van hoe anders het is op het platteland, dan in het drukke Parijs: “À la campagne on dit qu'on voudrait rester. Quitter Paris, le bruit, le stress et la pollution. À la campagne.” Je hoort een akoestische gitaar en een accordeon.  In de bijbehorende clip zie je een ‘echtpaar’ in een auto met open dak door Frankrijk rijden. Het loopt niet allemaal even soepel, maar ja, dat is het platteland. En aan het eind krijgen ze koffie (of thee?).
De single kwam niet in een Top-lijst, maar wordt inmiddels alom gewaardeerd en past in de lijst van mooie, historische chansons.

Om de bergen over te kunnen fietsen moet je een goede conditie hebben. Die conditie brengt de enige niet-Franse groep je wel bij. Vroeger was de Tour een puur Franse aangelegenheid, tegenwoordig is het meer een internationaal dan een nationaal evenement. Zoek je iets over de Tour de France dan kom je bijna altijd terecht bij… Kraftwerk. De Duitse groep had met Ralf Hütter (1946- /elektronica) en Florian Schneider (1947-2020/elektronica).  twee fanatieke fietsers in de groep. Zo fanatiek dat in 2003 het album ‘Tour de France Soundtracks’ op de markt gebracht werd. Het was een regelrechte ode aan de uitdagende tocht. De andere twee leden Fritz Hilpert (1956- /elektronica) en Henning Schmitz (?/elektronica) hadden minder met het fietsen, maar de andere twee waren/zijn het gezicht van Kraftwerk. Dus. In heuse Kraftwerk-stijl werden de diverse etappes uitgevoerd, onderweg werd vitamine aangevoerd, de chronometer getoetst, een ECG-gemaakt en de fiets aerodynamisch gestroomlijnd. ‘Tour de France Soundtracks’ werd 1e in Duitsland, 3e in de US Top Dance/Electronic Albums Chart, maar slechts 84e in Frankrijk. Daar had men blijkbaar niet zoveel op met de Duitse elektrohulde aan de Tour. Fietsland Nederland had er trouwens ook niks mee, hier werd het album 76e. Uiteindelijk werd het zilver in de UK. Op het album staat ook het nummer ‘La Forme’. Nou zou ik die hier kunnen kiezen, maar in 2007 bracht Kraftwerk een single uit met twee nummers: ‘Aerodynamik (intelligent design mix)’ en ‘La Forme (King of the Mountains Mix)’. Beide mixen werden gedaan door Hot Chip, een Britse elektroband. Deze versie van ‘La Forme’ pompt nog iets lekkerder door en vraagt wat meer ‘vorm’ van de fietser. Bijkomend voordeel, het nummer duurt ruim 11 minuten. Dan kom je wel in de ‘flow’.

En met die goede vorm gaan we de bergen in: ‘La Montagne’. Het gelijknamige lied werd in 1964 door Jean Ferrat opgenomen. Ferrat (1930-2010/zanger, tekstschrijver, componist) is het pseudoniem van Jean Tenenbaum. Jean is de zoon van de Russische Mnacha Tenenbaum. Mnacha huwde Antoinette Malon. Jean is hun jongste zoon. Vader, Joods, werd in de 2e Wereldoorlog door de Duitsers in Auschwitz vermoord. De familie was ondertussen naar een vrije zone in Frankrijk gevlucht en werd opgevangen door een groep communisten. Alle deze gebeurtenissen tekenden Jean. Later was daar veel van in zijn liederen te horen. In 1961 huwde hij Christine Sèvres, een zangeres. Met haar kocht hij een huis in een dorpje in de Ardèche: Antraiges-sur- Volane. Hij bleef er tot zijn dood wonen. Ferrat schreef menig lied, maar werd soms gehinderd door de censuur, zijn teksten waren nogal ‘vrij’. Dat is zeker niet het geval bij ‘La Montagne’ is een van Ferrat’s bekendste chansons. De inspiratie haalde hij uit de omgeving van zijn huis. Het lied gaat minder over de bergen als wel het vertrek van de jongeren naar de grote stad, een nog steeds actueel ‘probleem’. "Ze verlaten een voor een de streek om elders hun brood te gaan verdienen. Ver van de grond waar ze zijn geboren. Al lang dromen ze ervan, van de stad en zijn geheimen van formica en bioscoop." Dat dus, maar dan: “"Pourtant que la montagne est belle. Comment peut-on s'imaginer en voyant un vol d'hirondelles que l'automne vient d'arriver ?" Oftewel: “wat zijn de bergen mooi. Hoe kun je het je voorstellen bij het zien van een zwerm zwaluwen dat de herfst is gearriveerd.” Er valt wat voor te zeggen.
De single is net als die van Dutronc een EP met vier nummers: ‘La Montagne’, ‘Autant dámour, autant des fleurs’, Hourrah!’ en ‘Que serais-je sans toi’.
Wij kennen de chanson op een heel andere manier, namelijk als ‘Hot Dorp’ (1974), gezongen door Wim Sonneveld. De tekst is van Friso Wiegersma alias Hugo Verhage. ‘Het dorp’ werd door een reeks van landgenoten opgenomen, maar die van Sonneveld blijft ondanks dat alles het mooist.

Bezig met het klimmen van de ‘cols’ is het zaak goed te blijven doorademen. Dat doen we dan met ‘Breathe’ van Télépopmusik. De groep werd in 1997 opgericht door Fabrice Dumont, Stephan ‘2square’ Haeri en Christophe ‘DJ Antipop’ Hetier. Met Télépopmusik maakte het trio elektronische dansmuziek. In 2001 verschijnt een eerste album: ‘Genetic World’. Op verzoek van producer Heisenberg werd het album in 2002 opnieuw uitgebracht. De verschillen waren nogal groot, op vier van de elf nummers deed nu de Schotse zangeres Angela McClusky mee, waaronder is het eerste nummer van het album: ‘Breathe’. De single deed het vooral goed in Amerika, 9e in de Billboard Dance Club Songs-lijst. In Frankrijk was het werk geen succes. Door het succes in Amerika en een deel in Engeland betekende de song wel de doorbraak voor de band. Het lied werd genomineerd voor de Grammy van “Best Dance Recording”, maar die prijs ging – terecht – naar “Come into my World” van Kylie Minogue.
Bij ‘Breathe’ hoort een clip die bijna een reclame lijkt voor een parfum en/of modeartikel. Beetje langzaam, onderkoeld, prachtig van kleur. Dat de song goed was viel meer mensen op. Zo werd de muziek gebruikt door Mitsubishi voor hun Outlander, een compacte SUV én door Peugeot voor de 307, maar die laatste alleen in Engeland.
‘Breathe’ heeft een vrij eenvoudige tekst met vooral in het begin een wat uitgebreidere tekst: "I brought you something close to me. Left for something you see though you're here. You haunt my dreams. There's nothing to do but believe. Just believe. Just breathe" De rest van de song is vooral veel “just breathe”, blijf ademen…

Eenmaal de bergen over zijn we in het zuiden van Frankrijk beland. ‘Le Sud’ werd in 1975 bezongen door Nino Ferrer (1934-1998/gitaar, contrabas, zang, schrijver, componist). Ferrer is geboren als Nino Agostino Arturo Maria Ferrari. Een Italiaan dus. Ferrari studeerde etnologie aan de Universiteit en hield van zingen, maar vooral van jazz. Vanaf eind jaren vijftig doet hij als bassist, studiomuzikant, mee op albums van anderen. Ferrer’s eerste single is uit 1963. In 1965 had hij succes met de single ‘Mirza’. Daarna volgden meerdere successen. Door Ferrer’s keus voor zijn chansons werd hij al snel in het hok “grappenmaker” gestopt, een reden om alle liederen op de B-kant van zijn singles extra droevig te maken. Het was ook een reden om zich terug te trekken uit de muziekwereld. Drie jaar lang woonde Ferrer in Italië. Na de tijd buiten de spotlights keerde hij in alle rust terug in Frankrijk en begon een paardenfokkerij. Het is weer eens wat anders dan acteur worden. Ergens liep hij gitarist Mickey Finn (T. Rex) tegen het lijf en die ontmoeting zette hem aan toch weer te gaan componeren en op te treden. Dat deed hij met Finn in de groep Les Leggs. In 1972 bracht Ferrer weer een album uit, dat verkocht niet heel goed, echter een lied van het album dat als single uitgebracht was, ‘La maison près de la fontaine’, verkocht weer wel. Een van zijn grootste hits is ‘Le Sud’. Van de opbrengsten van dat lied kocht hij een landhuis en liet er een studio in bouwen. Naast muziek hield Ferrer zich meer en meer bezig met schilderen. Hij had nog meerdere successen, maar in zijn leven sleepte hij zich wat voort. In 1998 pleegde hij zelfmoord.
‘Le Sud’, "On dirait le Sud. Le temps dure longtemps. Et la vie sûrement. Plus d'un million d'années. Et toujours en été...", gaat over een plek in het zuiden die volgens Ferrer lijkt op Louisiana of Italië, het is er altijd zomer, de kinderen rollen in het gras, er zijn honden, een kat, een schildpad en goudvissen. Maar er heerst ook een dreiging van een oorlog. “Dat weet men wel, men houdt er niet van…”

Via het zuiden fietsen we weer naar het noorden. Al met al een geweldige prestatie, of, zoals Charles Aznavour zong, ‘For Me Formidable’. Net zoals bijna iedereen hierboven heet Aznavour (1924-2018/zanger, schrijver, acteur) eigenlijk anders: Chahnour Varinag Aznavourian. Hij is van Armeense afkomst en in Georgië geboren. Eigenlijk wilde de familie naar Amerika, maar moest in Parijs wachten op de nodige papieren. Na de geboorte van hun zoon bleef de familie maar in Parijs. Vader verdiende de kost als zanger, vervolgens als eigenaar van een Kaukasisch restaurant. Aznavourian stond als negenjarige al op het toneel, later vormde hij een duo met Pierre Roche. In die periode veranderde hij zijn naam in Aznavour, het scheelt maar drie letters. Édith Piaf, daar is ze weer, hoorde hem zingen en nam hem onder haar hoede. Ze nam hem mee op tournee door Frankrijk en vervolgens naar de USA en Canada. Het was zijn doorbraak, maar daarvoor moest hij wel stoppen met het duo-werk met Roche. Aznavour is een van de Groten in Frankrijk, hij verkocht miljoenen albums/singles en wordt alom gezien als de Franse Frank Sinatra. Bijna al zijn chansons gaan over de liefde en met zo’n stem… Aznavour’s eigen liefdesleven was niet heel rustig, hij trouwde drie keer, had eigen kinderen en een buitenechtelijke zoon. In 2009 werd hij ambassadeur van Armenië in Zwitserland. Hij woonde de helft van het jaar daar, de andere helft in Zuid-Frankrijk.
‘For me… Formidable’ is een lied uit 1963. Aznavour schreef het zelf, maar deed dat samen met Jacques Plante. Opvallend is dat de tekst zowel in Engels als Frans gezongen wordt. Aznavour wilde ook in het buitenland bekend worden en hij wist dat dat niet ging lukken als hij alleen in het Frans bleef zingen. Voor de muziek bij de chanson zorgt het orkest van Paul Mauriat. Die laatst zou je kunnen kennen van het Eurovisiesongfestival en zijn werk voor Vicky Leandros: ‘L’amour est blue’ (1967). De Engelse variant ervan, ‘Love is blue’ kwam in Amerika op de 1e plek. Nog opvallender, gitarist Jeff Beck maakte er ook een versie van. Dat deed Bob Dylan niet, maar hij vond het wel een van de mooiste nummers ooit die hij gehoord had.
‘For me… Formidable’ gaat over de liefde voor een Engelse dame. De hij-persoon gebruikt de taal van dichter Shakespeare om haar te winnen, maar liever zou hij de taal van landgenoot Molière gebruiken: “Et je voudrais pouvoir un jour enfin te le dire. Te l'écrire dans la langue de Shakespeare
My daisy, daisy, daisy, désirable. Je suis malheureux d'avoir si peu de mots a t'offrir en cadeaux.” Oftewel in vrije vertaling: “ik zou het je op een dag graag willen vertellen in de taal van Shakespeare, mijn Madeliefje. Ik ben ongelukkig omdat ik zo weinig woorden heb om je cadeau te doen.”
Het tweetalig gevlei hielp niet echt aan een singlesucces. In de Waalse Ultratop kwam het ‘slechts’ tot een 20e plek, in Engeland (1966) deed het lied helemaal niets. Na Aznavour’s overlijden is het lied opnieuw uitgebracht, maar kwam toen tot een schamele 119e plek. Cijfers zeggen soms heel weinig, want ‘For me… Formidable’ blijkt in praktijk een van Aznavour’s meest populaire nummers te zijn.

Parijs, einddoel gehaald. ‘Á Paris’ zong Francis Lemarque (1917-2002/accordeon, gitaar, zanger, dichter, liedschrijver) in 1965. Het zal je niet verbazen dat Lemarque eigenlijk onder een andere naam geboren is: Nathan Korb. Vader overleed toen Korb 16 was, moeder werd in 1943 in Auschwitz vermoord. Nog voor de oorlog vormde Nathan een duo met zijn broer Maurice: ‘Les frères Marc’. Het duo trad veel op in fabrieken. Na de oorlog zong Lemarque vooral in de cabarets in Saint-German-des-Prés. Later zag hij Yves Montand optreden. Dat bleek een optreden met gevolgen, want na de kennismaking gingen ze een samenwerking aan en schreef. Lemarque zo’n dertig chansons voor Montand. Daarnaast schreef Lemarque muziek voor films, waaronder die van Jacques Tati (1967). Lemarque bleef tot op hoge leeftijd optreden. Zijn laatste was in 2001, het jaar daarop overleed hij.
Lemarque wordt met Charles Aznavour, Henri Salvador en Charles Trenet tot de grote chansonniers van Frankrijk gerekend. Parijs was Lemarque’s favoriete onderwerp. Hij schreef er meerdere chansons over en begeleidde zichzelf daarbij op accordeon.
‘Á Paris’ is misschien bekender door de uitvoering van Montand, maar Lemarque zong het zelf ook: “À Paris. Quand un amour fleuret. Ça fait pendant des semaines. Deux coeurs qui se sourient. Tout ça parce qu'ils s'aiment. À Paris…”
‘Á Paris’ is in feite een ode aan de stad, waarin Lemarque op poëtische wijze allerlei taferelen beschrijft, de boten op de Seine, de liefdesstelletjes, toeristen, taxi’s, een park, de herfst, lampions op 14 juli enzovoorts.
‘Á Paris’ is nooit op single uitgebracht en nooit een hit geweest, maar het nummer valt zonder enige twijfel in de categorie “les plus belles chansons”.

En dan. Zittend op een terras met een vin rouge et du fromage mijmeren we wat over de afgelopen reis. Het is een mooi verhaal, ‘Une belle histoire’ (1972). Michel Fugain en zijn Big Bazar wisten dat liefdevol te vangen in tekst en muziek. Michel Fugain (1942- /zang, schrijver), dit keer geen pseudoniem, studeerde aanvankelijk medicijnen, maar de wereld van de film trok hem meer. Hij werd assistent van regisseur Yves Robert en maakte zo kennis met acteur, zanger Michel Sardou. Die stelde Fugain voor aan de mensen van Disques Barclay waarvoor hij vervolgens chansons ging schrijven. Zo schreef hij liederen voor Dalida. In 1969 maakte Fugain zijn eerste eigen album, 'Je n'aurai pas le temp'. Met de Engelse variant van het gelijknamige titelnummer had de Nieuw-Zeelander John Rowles een dikke hit. Fugain vertaalde de tijdgeest, de jongeren in beweging, maatschappelijke veranderingen, seksuele vrijheid in zijn songs. Die jongeren pakten op hun beurt diens liederen goed op.
In 1972 richtte Fugain Le Big Bazar op. Die Grote Bazaar bestond uit musici en acteurs, men liefde en leefde samen, danste, jongleerde, acteerde, zong, kortom hun optreden was een totaaltheater. De groep bestond uit elf musici en vijftien dansers/essen. Met een van de zangeressen krijgt Fugain een diepere relatie, trouwt en krijgt vier kinderen.
In 1972 maakt Fugain et le Big Bazar een eerste album: ‘Fugain & le Big Bazar’. Op het album staat het prachtige lied ‘Une belle histoire’, een mooie geschiedenis. Dat lied zou, volgens Fugain, precies de sfeer van toen moeten laten horen. Misschien onder indruk van de film ‘Easy Rider’ bedenkt Fugain een liefdesverhaal dat zich afspeelt langs de Amerikaanse Route 66. Of misschien is het de song van Janis Joplin, ‘Me and Bobby McGee’? Die song gaat ook over een lange reis en de liefde.
Fugain laat zijn lied aan een goede muziekmaat en tekstschrijver Pierre Delanoë horen. Delanoë  schreef teksten voor Gilbert Bécaud, Ëdith Piaf, Nana Mouskouri, Charles Aznavour, Dalida en vele anderen. Geen kleine jongen dus. Delanoë vindt Fugain’s tekst niet heel bijzonder en waarom in Amerika? Tsja… Delanoë past de tekst aan en zo ontmoeten een jongen en meisje elkaar ergens in Frankrijk, worden verliefd, duiken samen het korenveld in, bedrijven de liefde en reizen apart weer verder. Zo ging dat toen. Prima tekst van Delanoë, alleen nu is Fugain niet blij, want die ‘romance’ is wel erg ouderwets en “lijkt die tekst niet op een andere chanson?” Dat kan allemaal, maar Delanoë blijft achter zijn tekst staan, zegt dat het goed is en dat Fugain die zo moet uitvoeren en niet anders. Wellicht om er toch een buitenlands tintje aan te geven neemt Fugain de muziek voor zijn song op in een Engelse studio. In Frankrijk volgt de tekst met zijn bazaar. Nadat Fugain klaar is vertrekt hij meteen naar Italië waar hij een zeilvakantie gepland had. Terug van vakantie is ‘Une belle histoire’ “all over the place”. Met zo’n één miljoen verkochte singles is het hét lied van de zomer van ’72 en wordt nu alom gezien als van de meest populaire en Grote, Franse chansons ooit: "C'est un beau roman, c'est une belle histoire. C'est une romance d'aujourd'hui. Il rentrait chez lui, là-haut vers le brouillard. Elle descendait dans le midi, le midi. Ils se sont trouvés au bord du chemin. Sur l'autoroute des vacances. C'était sans doute un jour de chance. Ils avaient le ciel à portée de main. Un cadeau de la providence Alors pourquoi penser au lendemain.."
De openingszin kent iedereen wel uit het hoofd, reden om het lied ook soms ‘Un beau roman’ te noemen.  Fugain ging nog vijf jaar door met de Bazar, maar zo’n grote hit hadden ze niet meer, al zijn als 'Fais comme l’oiseau', 'Le printemps', als 'La fête' en 'Ring & Ding' ook zeker geen onbekenden.
Na vijf jaar Le Big Bazar volgde La Compagnie en meerdere solosuccessen. Als Fugain’s dochter op 21jarige leeftijd overlijdt aan leukemie (2002) trekt hij zich enige tijd terug, om na die donkere periode alsnog en tot op de dag van vandaag weer op het podium te staan. Fugain’s chansons worden op Franse scholen gezongen en er zijn scholen die zijn naam dragen. Al met al is hij een van de grote chansonniers geworden en iemand, zo zeggen zijn collega’s, die heel goed de tijdgeest in tekst en muziek kon vertalen. Dat wilde hij graag en blijkt dus goed gelukt.
In Nederland is ‘Une belle histoire’ in 2006 uitgevoerd door Paul de Leeuw met de groep Alderliefste: ‘Een mooi verhaal”. De Leeuw en Alderliefste zingen het in Nederlands én Frans. De Nederlandse brug/refrein is gemaakt door Han Kooreneef op muziek van Earth, Wind & Fire: ‘Fantasy’.

Met dit en de andere mooie verhalen hierboven zijn er dertien etappes verreden in een auditieve Tour. Je hoeft er eigenlijk niet eens voor op de fiets, maar zo’n reis, dat heeft wel iets…

 
tekst: Paul Lemmens, juli 2023
afbeeldingen: © Disques Vogue/Pathé/Philips/Naïve/Sony/EMI/Barclay/Omega International/Polydor/CBS
grote foto: © Jules Beau 1903