Diversen: afscheidsliederen Elke dag zeggen we "Dag!"
Voor het afscheid van een collega die met pensioen ging 'componeerde' ik
het volgende programma. Afscheid nemen wordt elke dag gedaan, honderden
mensen op de aarde doen dat. Toch is er een nuance verschil in een ‘tot
ziens’ en het meer definitieve afscheid. Afscheid nemen heeft een meer
emotionele lading dan een uitzwaaien met de naroep ‘tot ziens’. Die lading
werd en wordt vertolkt in alle landen in alle talen. Toen ik ging zoeken
naar liedjes rond het thema ‘afscheid’ kwam ik meteen in de categorie ‘top
tien van liederen bij begrafenissen’ terecht. Je moet tenslotte ergens
scoren met je hits. Dat je nu nog niet weet waarheen je weg gaat als je
weggaat heeft Mieke Telkamp dan ook niet te duiden. Marco Borsato negeert
het afscheid door te zingen dat het niet bestaat, maar lijkt daarmee in
tegenspraak met honderden andere afscheidnemende vocalisten. Hieronder vijf
-heel verschillende - afscheid-nemende musici, elk met hun eigen verhaal.
1. Françoise Hardy – Comment te dire Adieu
Het eerste lied is een Frans lied. Het is uit 1968, dus de wat ouderen onder
ons zouden dit mee kunnen zingen: ‘Comment te dire adieu’ door Françoise
Hardy. De eigenlijke compositie is van Arnold Goland en Jack Gold. Die
schreven het in 1966 voor de Amerikaanse Margaret Whiting voor haar niet zo
vrolijke plaat ‘The Wheel of Hurt’. Whiting is relatief onbekend, maar had
een hit in 1949: ‘South Pacific’, dat ze samen zong met Peggy Lee. De
aan-het-eind-van-de-tweede-wereldoorlog-bekende-zangeres Vera Lynn (bekend
van het lied waarvan de titel hier wellicht ook van toepassing is: ‘We’ll
Meet Again) nam het op in 1967. Net als zoveel Franse chansons ligt de
oorsprong – al horen ze dat in la douce france niet graag - dus vaak elders.
Hardy’s versie staat op een album zonder titel, maar door het succes van het
nummer is iedereen de plaat naar de hit gaan noemen. De originele tekst is
vertaald door Serge Gainsbourg, die de, 50+ers, natuurlijk kennen van zijn
duet met Jane Birkin: ‘Je t’aime’. Sommigen hebben er nu nog rode oortjes
van. Comment te dire adieu gaat over ‘hoe ik je vaarwel kan zeggen’ en gaat
over afscheid nemen van een geliefde. Hardy zong het lied meerdere malen;
niet alleen in het Frans, maar ook in het Italiaans ('Il Preteso') en Duits
('Was mach ich onhe Dich'). Hardy is vooral bekend geworden door haar lied:
'Tous les garçons et les filles'. Met haar uiterlijk (wie was er niet
verliefd op?) en zachte stem bleek ze een uitstekend exportproduct. Dat
klinkt wat zakelijk, maar in de wereld van de muziek draait het alleen om
geld. Naast zangeres was ze model en valt in de categorie ‘filles sourires’
, de fluister- of zuchtmeisjes.
2. Ella Fitzgerald - Everytime we say Goodbye
Met het volgende lied gaan we verder terug in de vorige eeuw. In 1944 wordt
het in Billy Rose’s Musical Revue, genaamd: ‘Seven Lively Arts’ voor het
eerst uitgevoerd. Het is geschreven door Cole Porter en maakt inmiddels deel
uit van het ‘Great American Songbook’. Het stuk, ‘Everytime We Say Goodbye’
is uitgevoerd door bijna alle grote jazzartiesten, al dan niet met vocalen.
Maar ook in de wereld van de popmuziek is het een geliefd nummer. De meest
bekende uitvoering, die niet zo heel erg oud is, namelijk uit 1987, is die
van Simply Red, gezongen door Mick Hucknall. Robbie Williams nam het stuk
ook op, al was het maar voor de achterkant van een single. Porter’s lied
gaat natuurlijk over afscheid nemen en dat dat elke keer pijn doet: “Maar
als je er bent lijkt het wel lente en hoor ik de merels om mij heen”. Ik zou
het niet al te persoonlijk opvatten.
Een van de mooiste uitvoeringen ooit is die van Ella Fitzgerald. Zij is
wellicht de beste jazzzangeres die we gekend hebben. Ze nam het stuk op in
1956 voor een van haar songbooks. Die songbooks waren ode’s aan de grote
Amerikaanse componisten: Cole Porter, Rogers & Hart, Duke Ellington, Irving
Berlin, de broers Gershwin, Harold Arlen, Jerome Kern en Johnny Mercer.
Vijftien jaar na de set voor Verve-records nam ze in samenwerking met Norman
Granz het laatste songbook op: Antonia Carlos Jobim, de man die ‘the Girl
from Ipanema’ schreef. En als je denkt dat je geen van deze mensen kent heb
je het mis, want heel veel nummers die je wellicht ooit gehoord hebt in
films, musicals en theatervoorstellingen zijn uiteindelijk afkomstig van dit
achttal.
3. Bella Ciao – traditional – Yves Montand
Vermoedelijk in 1906 wordt in Verceli, Italië, een liedje geschreven. Het
heet ‘Bella Ciao’, ‘schoonheid tot ziens’. Het is een volksliedje geschreven
voor de arbeiders op de rijstvelden langs de rivier de Po. ‘Allea mattina
appena alzata’, "ik ben vanochtend gewoon opgestaan…", is een ander lied dat
waarschijnlijk ten grondslag ligt aan Bella Ciao. Bella Ciao gaat over de
slechte werkomstandigheden van vrouwen uit de lagere standen die onder
barbaarse omstandigheden moesten werken. Maar uiteindelijk gaat het lied
over verzet en vrijheid, want: “als je eenmaal bevrijd bent van het werk en
door de slechte omstandigheden bent overleden en begraven op de top van de
heuvel, zeggen mensen straks "Voor wie bloeit die prachtige bloem daar nu?"
Antwoord: "Het is de bloem van de partizanen en die bloeit voor de vrijheid!”
De melodie - met een andere tekst - is voor ’t eerst opgenomen in 1919 door
Mishka Ziganoff. Gezien de tekst is het niet heel vreemd dat de partizanen
zo rond 1943 dit lied kozen als hun lijflied, het lied dat ze zongen in de
strijd tegen het fascisme, nationaal socialisme en de soldaten van
Mussolini. Na de oorlog is het vaak gezongen tijdens internationale
communistische jeugdbijeenkomsten en was het hét strijdlied van de studenten
tijdens hun opstand en revolutie in 1968. 'Bella Ciao' is gezongen door
honderden zangers in tientallen talen, van Hongaarse Punkbands tot
Koerdische volkszangers. Een van de bekendere uitvoeringen is van Yves
Montand en daarmee zijn we weer terug in Frankrijk. Overigens leidde het
lied in 2008 nog tot een rel in Pordenone, Italië, waar, tijdens de uitvaart
van een oud-partizaan, de pastoor het lied weigerde af te spelen onder het
motto: "Dat zijn de regels!". Hoog tijd om het lied weer eens flink af te
stoffen.
4. Michel Camilo & Tomatito - Adios Nonino
Het volgend nummer biedt ons een kleine wereldreis. Kent iedereen nog de
traan van Maxima tijdens haar huwelijk met Willem Alexander in 2002? Daar
werd toen door bandoneonist Carel Kraayenhof een nummer gespeeld: 'Adios
Nonino'. Van de door Kraayenhof gespeelde versie werd een maand later een
single uitgebracht en die kocht iedereen. De single kwam tot nummer 2 in de Top 40
en 100. Maar eigenlijk is het een nummer van Astor Piazolla, de grootmeester
van de tango, die het schreef in 1959 nadat zijn vader overleden was. Het
heet dan ook ‘vaarwel vadertje’. Niet echt een lied voor een huwelijk
eigenlijk. Nonino is een niet bestaand woord, het is een samentrekking van
‘vaarwel’ en het Italiaanse woord voor grootvader ‘nono’. Piazolla’s vader
was namelijk een Italiaan. Adios Nonino is door heel wat mensen gespeeld in
verschillende settings. Het duo Michel Camilo en Tomatito speelden het op
hun plaat ‘Spain Again’ als eerbetoon aan Piazolla. Het was hun tweede
samenwerking, de eerste was ‘Spain’.
Camilo is in 1955 geboren in de Dominicaanse Republiek, Santa Domingo, een
leerde eerst de accordeon voordat hij overstapte op piano. Hij speelt zowel
jazz, latin als klassieke muziek en haalt zijn inspiratie van musici als
Chick Corea, Keith Jarrett, Oscar Peterson, Bill Evans en Art Tatum en
daarmee hebben we ongeveer alle grote jazzpianisten op één rij. Camilo
schrijft zelf, componeert filmmuziek en ontving inmiddels een Grammy Award
voor zijn werk.
Tomatito heet eigenlijk José Fernández Torres en is geboren in 1958 in
Almeira, Spanje. Hij is ontdekt door Paco de Lucia en werkte met de
legendarische flamencozanger Camarón de la Isla tot diens dood in 1992.
Vader en grootvader, ook bekende flamenco-artiesten, hadden de bijnaam
Tomate. De kleine José verbaasde iedereen door zijn kunnen en werd
liefkozend Tomatito, tomaatje, genoemd. Zijn eerste grote concert gaf hij op
zijn tiende. Tomatito trad onder andere op met Frank Sinatra, Elton John,
John McLaughlin en Chick Corea. Zijn stijl wordt omschreven als ‘Flamenco
Nuevo’, een nieuwe stijl van spelen, een mix van flamenco en jazz. Zijn
invloeden: Wes Montgomery, George Benson, Miles Davis, Santana, maar ook
B.B. King en Eric Clapton.
Trouwens, kent u ‘Las Ketchup’ nog? Zij hadden in 2002 een grote hit met de
'Ketchup Song'. Hun eerste plaat heette ‘Las Hijas del Tomate’, - de
dochters van de tomaat, hun naam ‘ketchup?’; allemaal verwijzingen naar
Tomatito: hij is hun vader!
5. Duo Tak – Bye Bye, tot ziens
Het laatste stuk. Monty Python zou zeggen: “"En voor nu iets heel anders”. En
anders is het. Een bijdrage uit ons eigen land en wel uit Oud Gastel,
Brabant. Begin de jaren zestig liep daar de beatgroep The Midnight Blues
rond. Met blues verdien je niks, behalve als je Cuby heet, dus sloeg het
belangrijkste 2/3-deel van de groep een andere richting in: Four Tak (1965).
Die 4takt variant is een dansorkest en smartlappenband van broeders Henk en
Cees (met C) Tak. De groep werd uitgebreid met Kees (met K) en Fons Tak.
Merkwaardig fenomeen: het is géén familie van elkaar, maar in Oud Gastel
heet iedereen ‘Tak’. De naam is waarschijnlijk ontleend aan ‘the Four Tops’.
Na wat personeelswisselingen en strubbelingen hield de groep in 1972 op te
bestaan, waarop Henk een duo vormt, voor zover ze dat nog niet deden, met
zijn vrouw Ria en dat onder de naam – je raadt het al - ‘Duo Tak’.
In 1983 komt de groep Four Tak bij elkaar voor een reünieconcert. Dit tot
grote vreugde van honderden fans, want het is altijd een enorm spektakel. In
2000 is een volgend groot reünieconcert, gevolgd door een echt laatste in
2001. De opkomst was echter zo hoog dat een tweede, echte allerlaatste ingelast
moest worden. De opkomst zorgt voor nog enkele andere echt laatste
concerten, maar op 17 Mei 2003 is het daadwerkelijk over, nu door
gezondheidsredenen van Henk. Henk kon op 17 mei niet op het podium staan,
gelukkig viel zijn zoon voor hem in. Het was een knallend slot, met
optredens van Corrie Konings, Marianne Weber, Henk Wijngaard en last but not
least: Alfredo Krijtlijn en de Grasmaaiers(!) In 2010 overleed Henk en
daarna was het over met de Takken-historie . De groep en het duo maakte
verschillende platen voor Telstar, het platenlabel van Johnny Hoes. Als je
denkt dat het wel meevalt met de populariteit: de groep verkocht meer dan
één miljoen platen, ontving een platina plaat en had een eigen fanclub. Grof
gezegd: in elke groep mensen is wel één met zo’n takkenplaatje. Een van de
successen: ‘Bye, Bye, tot ziens’.