![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
---|---|---|---|
![]() |
![]() |
![]() |
Anne Marie Almedal (& Velvet Belly) Noorse nachtegaal onder een warm dekbed |
||
---|---|---|
Anne Marie Almedal (1971- ) is een Noorse zangeres. Na het gymnasium
volgde ze een zang- en muziekopleiding aan het conservatorium in
Kristiansand. Ze deed er tevens een specialisatie in ritmische muziek.
Almedal woonde daarna tijdelijk in Nederland, waar ze aan de Universiteit
van Leiden Nederlandse taal en -cultuur studeerde. Een vervolg in die studie
volgde ze aan de Universiteit van Oslo. Naast haar werk als zangeres en
inmiddels voormalig lid van Velvet Belly (1989-2003) is ze actief als
docente zang aan de 'Vågsbygd Vidergående Skole'. We beginnen het verhaal met Velvet Belly. Die band werd in 1989 opgericht
door Kristiansand Kay Rune Rasmussen (drums; 1962- ), Tor Henning Sundgot
(gitaar; 1966- ) en Paul Aanensen (bas: 1963- ). Rasmussen was de meest
‘ervaren’ musicus van het stel. Hij had eerder al meegewerkt aan twee
singles, waarvan de tweede met een andere, eigen band: Square Wave. In 1992 werd een eerste album opgenomen: ‘Colours’. De CD verscheen op
het kleine dBUT–label. Producer van Colours is Erik Honoré. Deze Noor, met
een wel zeer Franse naam, produceerde niet alleen, maar droeg ook bij aan
het totaalgeluid met zijn piano- en keyboardspel. Dat zou hij op alle
volgende albums blijven doen. Almedal schrijft de meeste songs zelf, maar
voor het lied ‘Nobody’ gebruikt ze teksten van schrijfster Emely Dickenson. Eén jaar later verscheen de opvolger: Little Lies. Het verhaal is een
beetje hetzelfde als hierboven: de cd verscheen op dBUT, maar werd in 1996
opnieuw uitgebracht door BMG/RCA. Dit keer wel met de oorspronkelijke hoes. Het laatste album op dBUT is ‘Window Tree’ (1994). Ook deze set wordt
opnieuw uitgebracht door RCA (1995). De mooie boom van dBUT is daarbij
vervangen door een foto met bijna metal-achtige look met Almedal als
centrumvrouw, geflankeerd door de heren. Om het nog wat ingewikkelder te
maken staat deze cd ook bekend als ‘Undertow’. De naam is wellicht ooit
overwogen, het eerste nummer heet zo, maar om een of andere reden is de naam
veranderd. Er komt nog wel een boom voor in de tracks, maar dat is de ‘Tree
at my Window’. Dat was ook een goede titel geweest, toch? Met drie prachtige albums en een reeks concerten in eigen land is Velvet Belly een bekende naam geworden, tenminste dat is in Noorwegen. De groep staat daar inmiddels op alle grote festivals. Het is daarom niet heel vreemd dat The Landing (1996) en Lucia (1997) allebei terecht komen in de Noorse album Top20. En dat was natuurlijk de reden om die oude cd’s opnieuw uit te brengen, voor platenmaatschappijen ligt het geld immers om de hoek. The Landing, met de mooie reiger-voorkant, krijgt een extra dimensie door
Vidar Ersfjord met zijn Hammond-orgel, Fender Rhodes en synthesizerpartijen.
Hij lijkt gezien zijn bijdrage langzaamaan een vijfde lid van de groep te
zijn geworden. Andere bijdragen komen van Hege Rimestad (viool, al dan niet
distorted), Svein Holtan (trompet), Geir Sundstøl (steelgitaar). Voor
bewerkingen en andere deviante zaken zorgt Honoré. Misschien was het voldoende voor Velvet Belly, want na Lucia wordt het erg stil. Twee jaar later komt Almedal met haar eerste soloalbum en de andere bandleden verdwijnen in de mist van het Noorse landschap. Onverwacht (voor mij dan) … na zes jaar (!) komt er dan toch nog een
nieuwe cd (2003) die simpelweg ‘Velvet Belly’ heet. Dit keer niet meer via
BMG/RCA maar via Playground Music Scandinavia. Dat is niet de enige
verandering, er is ook wat veranderd in de samenstelling van de band:
Rasmussen, Aanensen, Leh en Ersfjord zijn er nog steeds, maar Honoré heeft
zijn experimentele maatje Jan Bang meegenomen. Bang zorgt voor samples,
effects, drum programming, vinylbass, strings, Indian Flute, Dicataphone en
Hawaiian Guitar. Almedal heeft haar man, Nicholas Sillitoe, meegenomen. Hij
zorgt voor effecten, synthesizers, strings en effecten. Extra gast is Helge
Kvam (vibrafoon). Na het uiteenvallen van Velvet Belly besloot Almedal solo verder te gaan, maar het is nog een beetje zoeken. Haar eerste werk dateert uit 1999. Met mede-vocalisten: Lars Saabye Christensen, Anne Marie Giørtz, Kristin Kajander, Elin Rosseland werkte ze mee aan het jazzy album: Skrapjern Og Silke. De CD verscheen in een kleine oplage op het vrij onbekende Grappa-label. In 2002 werkte ze mee aan een meer folkloristische plaat: Spor.Sørland. In datzelfde jaar verscheen: ‘Going Nine Ways from Wednesday’. Dat is in feite is het een live-opname, waarbij haar zangpartij centraal staat. Voor elektronica en samples die die stem ‘behandelen’ zorgen oude bekende Jan Bang en Erik Honoré. Die laatste twee zijn inmiddels zelf in en buiten Noorwegen behoorlijk bekend en werkten samen met een keur aan musici als Sidsel Endresen, David Sylvian, Bugge Wesseltoft, Nils Petter Molvær en Arild Andersen. Een nieuwe poging richting iets van een band is AM and the UV. AM is natuurlijk Anne Marie en de UV mag iedereen zelf verzinnen. Am maakt met de UV’s welgeteld één album: Candy Thunder (2002) en daaraan voorafgaand twee singles (2003), waarvan de meeste tracks op de cd staan. Een echte band is het eigenlijk niet, het lijkt meer een duo-project met haar partner Nicholas Sillitoe. Tor Henning Leh mag ook opdraven, net als Jørn Raknes (Hawaii-gitaar). De muziek is een mooie mix tussen Velvet Belly en het toekomstige solowerk van Almedal. In 2007 komt Anne Marie Almedal’s eerste soloalbum uit: The Siren and the Sage. Ze werkt in veel tracks samen met haar man, Sillitoe, naast enkele ander musici. Almedal zingt, maar speelt ook piano, harmonica, drums en blokfluit. The Siren and the Sage is een warme, soms verstilde plaat. Almedals’ zang gaat eerder richting chanson dan pop of jazz. Er is veel ruimte voor akoestische elementen, maar over alle nummers hangt een ongrijpbaar element van stilte. Dat is ongetwijfeld de invloed van het land om haar heen. Almedal geeft in de karige interviews aan dat de natuur om haar heen eigenlijk haar belangrijkste inspiratiebron is. Die verstilde, soms rusteloze natuur hoor je terug in haar muziek: “Sweetness multiplied, sadness tripled, her music brings you a closer step to heaven…, as fantastic as sharing the last cigarette with the one you love” (Esquire). Drie jaar later pas komt er een opvolger: Blue Sky Blue. Blue Sky Blue
sluit naadloos aan op The Siren and the Sage. Opnieuw is het een samenwerken
van het echtpaar. Almedal zingt op elke track en speelt piano, blokfluit,
glockenspiel, Autoharp, melodica, percussie orgel en ‘sounds’. Op Blue Sky
Blue staat ook de themamuziek uit de gelijknamige Tv-serie Himmelblå. Die
serie was heel erg populair in Noorwegen, net als de single met het
gelijknamige nummer. De naam Almedal was nu gevestigd. Met de beelden van de DVD duurt het wachten op een nieuw album minder
lang. Na twee jaar komt ‘Memory Lane’ (2012). In Noorwegen zijn ze er blij
mee en schrijven zelfs dat ‘de nachtegaal terug op het nest is’. Opnieuw
zijn bijna alle tracks gecomponeerd door Almedal en Sillitoe. Meer dan de
voorgangers heeft dit album een ‘folk-achtige’ inslag. Dat komt misschien
alleen al door het contrabaswerk van Danny Thompson. Thompson is onder
andere bekend uit Pentangle en een enorme reeks anderen. Een paar: Tim
Buckley, Kate Bush, Nick Drake, David Sylvian, Talk Talk, Peter Gabriel,
enzovoorts in het kwadraat. Een grote stilte treedt nu in. Gelukkig, na zes jaar, komt in oktober
2018 het album ‘Lightshadow’ uit. Lightshadow ligt minder in het verlengde
van de vorige releases dan je zou verwachten. Door gebruik van elektronica
en de strakke ritmes in sommige tracks, zoals op de nieuwe single, afkomstig
van Lightshadow, ‘Sheltering Sky’, gaat het geluid eerder richting het wat
oudere werk Velvet Belly dan haar recentere solowerk. Dezelfde up-tempo
synthesizers vinden we ook prominent terug in nummers als 'Here Comes the
Train, Into the Shadows en One Step’. Tegenovergesteld werkt het meteen ook
voor een bijzonder opname van ‘Lovesong’; een liedje dat we kennen uit een
heel andere richting, namelijk van The Cure. Almedal brengt het tot je als
breekbaar porselein. Lightshadow kent meer van zulke verstilde momenten
waarin het denken bijna voelbaar wordt. Het is vreemd dat de muziek van Anne Marie Almedal niet een groter publiek bereikt. Aan de andere kant, eigenlijk is die muziek een kleinood die je koestert en misschien zelfs niet wil weggeven of delen, behalve dan aan geliefden. De titel van haar eerste, echte soloalbum vertelt het eigenlijk al: de sirene (of nachtegaal) en de sage; het is het verhaal van een bijzondere nachtegaal voor onder een warm dekbed in een koude winternacht. |
||
tekst: Paul Lemmens, december
2018 plaatjes: © +47/dBut/RCA/BMG/PMS |