Example
Agitation Free
"You play for us today!"

   

Als je houdt van wat men in muziekjargon ‘Krautrock’ of ‘Deutschrock’ noemt, kun je niet om Agitation Free heen.

De Berlijnse band stond aan de wieg van een nieuwe stijl van muziek maken, een mix van rock, jazz, wereld- en elektronische muziek.

Agitation Free maakte slechts twee albums, maar dat zijn allebei essentiële klassiekers. Oh ja, er waren ook nog wat restopnames en meerdere reünies met gevolgen.

Lees het verhaal van Agitation Free, de groep die bol staat van muziekavonturen en grote indruk maakte zelfs zonder zang.


Voor het begin van dit muziekavontuur reizen we terug naar 1967. Duitsland bestaat dan nog uit twee delen. De stad Berlijn is een westers (BRD - Bundesrepublik Deutschland) eiland in de door Rusland gedomineerde DDR (Deutsche Demokratische Republik). Berlijn is weliswaar verbonden met de BRD, maar het is lastig er te komen en het leven in een door de ‘vijand’ omgeven stad is toch anders. Berlijn is dan geen hoofdstad, dat is Bonn. Ondanks het wat geïsoleerd zijn vinden jonge mensen en musici toch hun wegen naar westerse zaken als muziek en kunst. Zij willen ook muziek en kunst maken, maar niet zó. Ze willen hun eigen weg vinden, hun eigen stijl.
Net als zoveel jongeren in de jaren ’60 begint ook in Berlijn allerlei jongeren samen muziek te maken. Primitief, zoekend, lerend. Bands worden geformeerd, maar de structuren zijn niet heel vast, de wisselingen groot en bijna vanzelfsprekend.
Zo zijn er 1967 jongeren in Berlijn die muziek maken in groepen als: The Tigers, later The Sentries, en Fame. Beide groepen worden opgeheven en gaan gedeeltelijk in elkaar over. Lutz ‘Lüül’ Ulbrich (1952- /gitaar) en Christopher Franke (1953- /drums) uit The Sentries gaan verder met Michael ‘Fame’ Günther (1950-2014/basgitaar) van Fame. Soms doet Micky Duwe (1949- /zang) mee. De nieuwe groep wordt aangevuld met Lutz Ludwig Kramer (1954- /gitaar).

In eerste instantie heette de groep Agitation (de naam geprikt in een woordenboek), maar nadat bleek dat er al een band met die naam was, werd de naam iets aangepast: Agitation Free. Die naam kwam van een poster voor een gratis, ‘free’ concert. Geheel in de geest van de tijd maken ze eindeloze, vaak geïmproviseerde muziek, overgoten met vloeistofprojecties, films en diaprojecties. Het is een begoocheling voor de zintuigen gemaakt door vriend, multimedia-artiest Folke Hanfield.
Met hun creatieve uitingen past Agitation Free uitstekend in de nieuwe, Berlijnse Zodiac Free Arts Club. Die club was opgezet door Conrad Schnitzler en Hans-Joachim Roedelius en bedoeld als een plek waar experimentele livemuziek en alternatieve kunst te horen en te zien was. Zodiac bestond uit twee ruimtes, de een helemaal wit, de ander helemaal zwart. Bekende bands uit die club zijn Tangerine Dream, Klaus Schulze, Ash Ra Tempel, Kluster/Cluster en Agitation Free. Die laatste was in het begin de huisband. Nadat de Zodiac Club sloot ging Agitation Free verder in een andere club: Beautiful Balloon.

In Agitation Free zong regelmatig ene John L. Die John had ‘performance’ hoog in zijn vaandel staan. Dat uitte zich in voorstellingen war hij naakt en soms beschilderd voor het publiek stond. Dat klinkt nu misschien raar, maar in de vrije jaren zestig kon veel en keek men hier nauwelijks van op. Door drank- en druggebruik was hij echter niet als vast lid te handhaven.

Een nieuw element in de groepssound is het gebruik van een radio. Zeker de klanken die te horen waren op de midden- en lage golf zorgden voor interessante en onverwachte aanvullingen.

In 1970 stapte Kramer op en wordt de nieuwe, tweede gitarist Axel ‘Ax’ Genrich (1945- /gitaar). In datzelfde jaar vertrok die al richting Guru Guru en werd vervangen door Jörg ‘Joshi’ Schwenke (1952-1990/gitaar).

Inmiddels hadden de heren van Agitation Free contact met componist Thomas Kessler (1937-2024). Kessler speelde een belangrijke rol in de ontwikkeling van de nieuwe, Duitse muziek.
Kessler is geboren in Zwitserland en werkte met tal van componisten die zich bezighielden met elektronische muziek. Kessler kwam terecht in Berlijn en zette daar zijn eigen studio voor elektronische muziek op. In die studio was iedereen van harte welkom, het tegenovergestelde van wat vaak elders een gesloten, wat elitair, bastion was. Kessler werkte in zijn studio met Walter Bachauer en Erhard Großkopf. Michael Hoenig (1952- /keyboards, synthesizers) was toen Kessler’s assistent.
Kessler was een vriendelijke leraar voor iedereen die de studio binnenkwam: Ulbrich: “What George Martin was for The Beatles, he was for us.”

Franke was regelmatig in de studio en stimuleerde de andere leden van de band zich ook verder te ontwikkelen en gebruik te maken van de mogelijkheden die elektronica bood. Zo ontstond samen met Agitation Free de Gruppe Neue Musik Berlin: een plek om heerlijk te experimenteren en muziek of geluid te onderzoeken. Zowel Klaus Schulze als Edgar Froese, dan allebei in Tangerine Dream, komen regelmatig langs. Ook hadden beide bands dezelfde oefenruimte in een muziekschool.

Al die ontmoetingen en kruisbestuivingen leiden tot veranderingen in de bezetting van Agitation Free. Omdat Schulze (dan nog drummer) uit Tangerine Dream stapt wordt Franke gevraagd voor Tangerine Dream. Hoenig wordt lid van Agitation Free, net als Burghard Rausch (1947- /drums) die Franke opvolgt.
In 1969 organiseerde Gruppe Neue Musik Berlin een zesdaags festival voor nieuwe muziek. Kessler zorgde ervoor dat zijn leerlingen, Agitation Free, tijdens dat festival kon optreden. Naast AMM (Londen) en andere elektronische muziekgroepen vond tijdens het festival een “Beat Electronic Improvisation” plaats. Dat was de plek voor Agitation Free. De luide muziek viel niet bij iedereen in goede aarde, met name de pers wist niet goed wat ze ermee aan moesten en klaagden over het eindeloze, harde geluid.
Een jaar later, 1970, stond Agitation Free op het eerste, grote, Duitse popfestival in het Sportpalast, Berlijn.

Buiten de studio in het jongerencircuit, had Agitation Free als liveband inmiddels een flinke, positieve reputatie opgebouwd. De lange, soms minimalmusic-achtige, muziekstukken, de pulserende ritmesectie en de vlechtkunst van de twee gitaristen, omgeven door een elektronisch klankentapijt, de lichteffecten van Hanfield maakten indruk op het publiek. Dit was even wat anders dan korte rocksongs waarop je mee kon zingen. Sterker nog, bij Agitation Free werd helemaal niet gezongen. Door alle successen werd de band door het Goethe Instituut uitgenodigd een reis te maken door Egypte, Libanon, Cyprus en Griekenland. Dat was een soort culturele uitwisseling. Tijdens die reis speelde de groep met tal van musici, bezocht concerten en raakte onder invloed van andere toonladders en muziekaanpak. Er bleek nog meer mogelijk dan men ooit gedacht had.

De reis en alle invloeden vertaalden zich in de muziek die op Agitation Free’s eerste album te horen is: ‘Malesch’ (1972). Het album werd door New Factory uitgebracht op het progressieve, Engelse rocklabel Vertigo. Met de dan voor mij inmiddels bekende swirl op de voorkant wist ik al bijna zeker dat er goede muziek in de klaphoes gestopt was. De foto’s van een groep in ‘vreemde landen’ op de binnenzijde maakten nog meer nieuwsgierig.

‘Malesch’ werd opgenomen in de Audio-Tonstudio, Berlin, Berlijn’s eerste studio met een 16-sporen mengpaneel. Bij de opnames werden audiofragmenten (live tapes) van de reis verwerkt. Het album begint met een soort overleg en veel vrolijkheid in ‘You Play For Us Today’. Basgitaar en lang aanhoudende orgelklanken bepalen de sfeer en dan gitaren. Een heerlijk wegdroomnummer. Aan het eind horen we elektronische geluiden, gesprekken uit de cockpit en een ensemble uit een van de bezochte landen. ‘Sahara City’ is dan al een eind op weg. Dat nummer bestaat uit veel elektronische geluiden en sluit af met een lange gitaarsolo. Met een live-tape-brug begint ‘Ala Tull’ en iets wat lijkt op een zaagmachine. Hier veel orgel en percussie en het eind van lp-kant A. Kant B begint met ‘Pulse’. Een irritant geluid dat langzamerhand op je zenuwen begint te werken lost – gelukkig – op in ‘Khan El Khalilli’. Dat werk begint rustig met veel elektronische klanken, maar wordt aan het eind rock-achtiger. De brug naar ‘Malesch’ wordt gevormd door live-tape van een zanger of gebed. ‘Malesch’ is het langste werk van het album. Sterke baspartij, drums, orgel- en vlechtende gitaarklanken. Het komt, net als andere muziek op dit album overigens, over als een lange improvisatie. Ook weer zo’n werk om bij weg te dromen. Het slotnummer, ‘Rücksturz’ is een kort werk, is iets steviger dan de rest, heeft een duidelijk gitaarthema en stopt plotseling.
‘Malesch’ lijkt over te komen als een album dat de tijdgeest goed vertegenwoordigde, maar als je sommige tracks hiervan live in 2007 uitgevoerd hoort (‘Shibuya Nights’) valt op dat deze muziek tijdloos overkomt.

Op ‘Malesch’ doen twee gasten mee: Uli Popp (percussie) en Peter Michael Hamel (orgel).
Bij de cd-uitvoering werd een bonustrack toegevoegd: ‘Music Factory Live’, opgenomen op 25 februari, 1972 in Mainz. Het kwartier lange stuk komt over als een lange improvisatie met daarin verwerkt enkele vaste thema’s. Het geeft een goed beeld van hoe Agitation Free live klonk en wat je als publiek te horen kreeg. Ik hou hier wel van. Het schetst de sfeer van hoe concerten toen vaak klonken: spontaan, zoekend, samen één groot avontuur beleven, je verbeelding maximaal uitgedaagd. En ja, zeker, dit was nieuwe muziek die geen hok had, daarvoor gebeurde er teveel op dat podium. Het hok ‘Krautrock’ is dan een makkelijk hok, maar het zegt weinig over alle muziek uit Duitsland die eind jaren ’60, begin jaren ’70 in feite te divers was om onder één paraplu te vangen.

Agitation Free’s muziek beviel niet alleen in Berlijn, maar ook in de BRD en (vooral) Frankrijk. De groep deed in 1972 twee tournees door dat land. In Mei stonden ze op het “German Rock Super concert” in Frankfurt. Tijdens de Olympische spelen van 1972 in München (augustus-september) was de groep onderdeel van het ‘culturele programma’ daar. Helaas viel er een politieke schaduw over de spelen toen enkele Palestijnse strijders het Israëlisch gebouw binnenvielen, twee sporters doodden en negen gijzelden. Bij een mislukte reddingsoperatie werden de gegijzelden en gijzelnemers en een politieagent gedood, 15 mensen totaal. De spelen werden een dag lang stilgelegd, maar uiteindelijk viel de beslissing “the game must go on”. De aandacht voor cultuur was daarna minimaal.

In juli 1973 werd het tweede album uitgebracht: ‘2nd’ met drie stukken op zowel lp-kant A als op lp-kant B. ‘2nd’ gaat verder op het pad waarop men met ‘Malesch’ ingeslagen is. Wel is er meer elektronica te horen, maar ook akoestische gitaren. Het experimentele is gebleven, nieuw is een flinke scheut jazz. ‘First communication’ opent met wind en elektronische muziek. Heel relaxt ontvouwt zich een Pink Floyd-achtig thema. We horen vooral veel gitaren. Langzaamaan wordt het iets stevigere muziek, maar de rustige atmosfeer blijft gehandhaafd. ‘Dialogue And Random’ is een kort stuk bliebjes en kraakjes. Lp-kant A sluit af met ‘Laila, Part I’ en ‘Laila Part 2’; samen iets meer dan acht minuten. ‘Laila I’ begint ook rustig, maar dan begint een gitaarsolo en is de rust over. ‘Laila II’ is een jazzy vervolg. Ik moet hierbij denken aan ‘King Kong’ van Zappa/The Mothers of Invention (te vinden op ‘Uncle Meat’ - 1969). ‘Laila’ is een prachtig nummer dat in meerdere gedaantes door de tijd heen terugkeert.
Lp-kant B begint met ‘In The Silence Of The Morning Sunrise’. Orgel, gitaren en een jazzy basis. ‘A Quiet Walk’, bestaande uit twee subdelen: ‘Listening’ en ‘Two Not Of The Same Kind’. De stille wandeling duurt iets meer dan negen minuten en begint met synthesizergeluiden. Heel zachtjes, inderdaad. Dan denk je een sitar te horen, maar het is de klank van een Bouzouki, een Grieks snaarinstrument. Ondanks dat klinkt dit deel meer Indiaas dan Grieks. Het slotstuk, ‘Haunted Island’ is gebaseerd op een boek van Edgar Allan Poe. De stem, een voordracht, die we horen is van Rausch. De sfeer wordt goed neergezet en dan deinen we weer mee op het stuwende ritme en de gitaren. De lp eindigt met flinke ruissss.
Bij de cd krijgen we als bonus ‘Laila ’74’, een live-opname uit het Moers-festival, 16 februari 1972. Waar die ‘74’ dan vandaan komt? Ondanks het wat ‘verre’ geluid is het een mooie aanvulling; live is het allemaal toch iets minder gepolijst en daardoor directer.

Na ‘2nd’ blijft Agitation Free flink optreden, maar verandert de samenstelling van de groep regelmatig. In 1973 wordt een tweede drummer toegevoegd: Dietmar Burmeister (?/drums), maar die verdwijnt ook alweer snel. Halverwege het jaar gaat gitarist Schwenke en wordt vervangen door Stefan Diez (1954-2017/gitaar) die op zijn beurt weer wordt vervangen door Gustl Lütjens (1952-2017/gitaar). In 1974 wordt een tweede keyboardspeler toegevoegd: Bernhard Arndt (1954- /keyboards). Door alle wisselingen is duidelijk dat Agitation Free het niet makkelijk heeft. Ook de vele tournees, waaronder een door Polen, eisen hun tol. De animo verdwijnt langzamerhand en uiteindelijk is dat het einde van de groep.
Een afscheidsconcert, ‘Final Reunion Concert’, vond plaats op 14 november 1974 in Studentenclub Eichkamp, Berlijn. Dat het wel goed zat met de verhoudingen onderling bleek uit het feit dat bijna iedereen die ooit in de band gespeeld had er was. Er was een meer-urige sessie gepland, waarbij de bezetting regelmatig wisselde.  Het concert werd opgenomen door Klaus D. Müller (bekend van o.a. Klaus Schulze). Een deel bleef behouden en zou later op een cd-rom uitgebracht worden: ‘Fragments’ (1995). Daarover later meer.

Na het uiteenvallen gingen Günther en Lütjes kort door onder de naam Lagoona, maar dat bleek een doodlopend pad. Ülbrich vertrok naar Ash Ra Tempel om de band live bij te staan tijdens hun live-concerten in Frankrijk. Na de tournee keerde hij met Nico terug naar Berlijn en werkte er samen met Manuel Göttsching, Ash Ra’s gitarist. Michael Hoenig werd (kort) lid van Tangerine Dream en werkte daarna met Klaus Schulze en Ash Ra. Ook maakte hij een eerste solo-album. ‘Departure from the Northern Wastland (1976). Op dat album doen Ülbrich en Duwe mee als gasten. De appels blijven bij de boom.

Dat Agitation Free niet helemaal vergeten is blijkt uit het feit dat alleen in Frankrijk (!) het album ‘Last’ (1976) wordt uitgebracht. In 1992 volgt een reissue. Pas in 2008 wordt ‘Last’ ook officieel in Duitsland uitgebracht. Ditmaal op cd met een extra track.
De lp-versie bestaat uit drie stukken: ‘Soundpool’ en ‘Laila II’ op lp-kant A, ‘Looping IV’ op lp-kant B. Kant A is opgenomen in Studio Aquarium (maart ’73) voor een Frans radiostation, kant B is een live-opname voor de radio (februari ’74 ) voor RIAS radio, Berlijn. De groep bestaat uit Ulbrich en Schwenke (gitaren), Günther (basgitaar), Hoenig (synthesizer, orgel en geprepareerde slide-gitaar) en Rausch en Burmeister (drums, percussie). Erhard Großkopf (Grosskppf) zorgt voor ‘loops’ en ‘Looping IV’ (compositie).verder is Lütjes’ gemodificeerde stem te horen.
‘Soundpool’ is een avontuur in geluid(en). ‘Laila II’ wordt hier flink uitgerekt, maar in een uitvoering met twee drummers en natuurlijk andere gitaarpartijen en geluidseffecten is die lengte geen probleem, integendeel. In ‘Looping IV’ wordt alle tijd genomen een muziekstuk uit te werken. Tot een minuut of elf zijn het verkenningen in geluid voordat er een voorzichtige gitaar te horen is. Daarna volgen bas en drums, maar het experiment blijft. Steeds zachter wordt het geluid en dan sterft de muziek weg. Daarmee laat ‘Last’ vooral horen dat Agitation Free in ’73 en ’74 nog steeds behoorlijk experimenteel was.
Bij de cd-versie (2008) is een lange bonustrack toegevoegd: ‘Schwingspule’. Die track komt van een concert uit december ’71 en is opgenomen in de TU-Mensa, Berlijn. Zeker in een andere bezetting, maar dat staat niet op de hoes. Qua stijl past het goed bij de andere tracks. Het begin is zeker net zo experimenteel, pas na een lang intro horen we drums, bas en gitaren.
‘Last’, dat uiteindelijk niet de laatste zou zijn is gezien het gebodene een mooie aanvulling op het eerdere duo.

Negentien jaar later, 1995, horen we opnieuw iets van Agitation Free met een cd-rom: ‘Fragments’. De cd-rom is samengesteld door Ulbrich en bevat drie opnames, waarvan twee van het afscheidsconcert en een PC-data-track (geschikt voor Windows ’95) met informatie over de band. De drie stukken die bruikbaar bleken te zijn: ‘Someone’s Secret’, ‘Mickey’s Laugh’ en ‘We Are Men’. ‘Mediterranean Flight’ is opgenomen op 18 en 19 juli, ’74 in Audio Tonstudio, Berlijn.
‘Someone’s Secret’ is, wat zo noemen, een ‘blowing session’ met allerlei ‘twists and turns’. Maar dan wel helemaal in bandstijl natuurlijk. Het verrassende in ‘Mickey’s Laugh’ is dat hier gezongen wordt. Dat is nieuw en even wennen voor de op instrumentale muziek afgestemde oren. Of dit nu een verrijking is? ‘We Are Men’ sluit meer aan op ‘Someone’s Secret’ en mijn beleving: gitaren, keyboards en in dit geval veel drums en percussie. ‘Mediterranean Flight’ bestaat uit rustig en sfeervol gitaarspel.
In 2009 werd de cd opnieuw uitgevoerd, ander hoes en een extra track: ‘Crashending’. Deze is opgenomen aan de TU-Mensa, december 1971 en in die zin een aanvulling op het album ‘Last’. Een lange improvisatie met diverse solo’s, wisselende tempo’s en rondvliegende geluiden. Kortom, helemaal in stijl.

1998 was een druk jaar voor Agitation Free. Er vond een reünie plaats, er werd een live-album met opnames ui 1974 uitgebracht én men ging zelfs over tot het maken van een nieuw album.
‘At the Cliffs of River Hine’ (1998) werd in eerste instantie uitgebracht door het platenlabel Garden of Delights, een label dat vaker prachtige muziek uit Duitsland opdook of opnieuw onder de aandacht bracht. Achter de Roger Dean-achtige hoes van Ciruelo Cabral schuilt een radioconcert dat Agitation Free had gegeven voor de WDR op 2 februari 1974. Het concert was al enige tijd als bootleg op de markt: ‘At Last ... Is Alive (WDR-Radio Broadcast)’. De bootleg is uitgebracht in 1995 door Pupil Tulip in een genummerde uitvoering in een oplage van 300. Onofficieel natuurlijk, maar toch, er was een markt voor. Dat hadden meer mensen door en zo werd het album in een betere geluidskwaliteit op cd gezet in 1998. In 2019 werd dat nogmaals gedaan, nu onder de naam: ‘Live ’74 (at the Cliffs of River Rhine), officieel en met bonustrack: ‘Big Fuzz’ en Deze is afkomstig van het Moers Festival van 16 februari, 1972.
Het concert ui ’74 bestaat hoofdzakelijk uit materiaal van ‘2nd’ en is iets meer ‘rock’-achtig uitgevoerd. Het mooie is dat alles anders klinkt dan je kent van het album. Dat is natuurlijk ook een kernkwaliteit van Agitation Free. Er zijn enkele kaders, maar er kan tijdens concerten heel wat gebeuren. Het zegt ook wel iets over de zeggingskracht van de groep en de vaardigheid van de musici.

 In 1998 was er ook een idee om samen weer eens wat te doen. Noem het een reünie. Günther, Rausch, Lütjes en Ülbrich hadden er schik in en begonnen daarom ook meer met nieuw werk, gevolgd door een cd die gepast ‘River of Return’ (1999) genoemd is.
De meeste heren op de hoes hebben hun lange haren dan wel verloren, maar nog niet hun streken. Beter dan eerder opgenomen en met bij-de-tijds instrumentarium blijkt dat Agitation Free niets aan zeggingskracht verloren heeft.  ‘River of Return’ is daarmee een uitstekend album van een band ‘uit het verleden’ met een ‘geluid uit de toekomst’.
Het prachtige titelnummer begint met akoestische gitaren. Klinkt een beetje als de oude Pink Floyd, maar als je de tenorsax van Alto Pappert hoort en de versnelling erin gaat is die vergelijking meteen van de baan. Pappert is niet de enige gast. We horen ook Minas Suluyan (percussie), Koma oftewel Reinhard Lüderitz (doedelzak), Chris Dehler (stem), Potsch Potschka (gitaar, mandoline, Afrikaanse drum) en samples (?) van een Didgeridoo en dwarsfluit. Sowieso wordt er veel akoestisch gitaar gespeeld op ‘River of Return’.
De eerste cd-versie heeft meteen een bonustrack: ‘Keep On’. De reissue (2009) nog een extra: ‘First Communication’ (live). Die laatste is weer uit Moers, 1972.

De rivier was weliswaar teruggekeerd, maar droogde ook even snel weer op. In 2007 vond een tweede reünie plaats, nu met Ülbrich, Günther, Rausch, Lütjes én Hoenig. Die laatste was als wassen beeld vereeuwigd voor het Tokyo Tower Wax Museum in de sectie ‘Progressive Rock’. Daar had men in Duitsland wel een voorbeeld aan kunnen nemen. Hoenig kwam er in het gezelschap van Ülbrich die er al een paar jaar stond. Hoe dan ook, reden voor een feestje en waarom dan niet nogmaals optreden als Agitation Free met de makkers van weleer.
De groep gaf drie concerten in O’West in het Shibuya district van Tokyo. Men wist niet dat alle concerten werden opgenomen, maar nadat Hoenig dat te horen kreeg besloot hij er een cd van uit te brengen. Hij koos de beste uitvoeringen en maakte een album volgens de playlist. Dat album verscheen in 2011 als ‘Shibuya Nights (Live in Tokyo)’.
De veertien geselecteerde tracks laten een Agitation Free in optima forma horen. Hun muziek klinkt nog altijd even goed en zelfs bij de tijds en dat ondanks het feit dat vooral historisch werk gespeeld is.
Speciaal om ‘Shibuya Nights (Live in Tokyo)’ live te promoten trad Agitation Free in dezelfde bezetting als in Japan ook in Europa (Engeland, Frankrijk, Duitsland) enkele malen op. Dit tot grote vreugde van het publiek. De nummers zijn allemaal niet meer zo lang, minder uitgesponnen, daardoor juist krachtiger. De vlechtende gitaren en de strakke ritmesectie vervelen geen seconde. Eens te meer blijkt hoe goed deze band eigenlijk is.

Drie jaar later werd ‘Shibuya Nights (Live in Tokyo)’ nogmaals uitgebracht, maar nu met een bonus-dvd. Daarop staan live-beelden uit enkele concerten gegeven in 2013: Berlin, Kesselhaus (23 april) en Burg Herzberg Festival 19 juli). Van beide concerten elk drie tracks. Op één na staan de nummers ook allemaal op de audio-cd, helemaal nieuw is ‘In Da Jungle’. Op de dvd zien we niet helemaal de band die in Japan speelde, Günther kampte met zijn gezondheid en is vervangen door een enthousiaste Daniel Cordes (?/basgitaar, contrabas). Cordes is bekend van de jazz, al dan niet ‘free’ of  ‘Avant garde’. Hij past dus goed in Agitation Free.  Het is prachtig te zien hoe de band live speelt, de energie is niet minder geworden.

In 2016 was kort ‘Live At Kesselhaus, Berlin, April 23, 2013’ verkrijgbaar, een dubbel CDr met beelden van het volledige concert. In 2023 werd dit concert als download aangeboden. Een fysieke versie is los niet te vinden, maar gelukkig werd in 2016 een boxje uitgebracht met daarin drie cd’s en een dvd, respectievelijk: ‘Last’, ‘Fragments’, ‘Live ‘74’ en op dvd ‘Live At Kesselhaus, Berlin, April 23, 2013’.
Op de dvd zijn veel bekende werken van Agitation Free te horen en een leuke verrassing: ‘Interstellar Overdrive’ dat we natuurlijk kennen van Pink Floyd.

Ondanks alle nieuwe energie wordt het toch weer stil rondom de groep. Die stilte wordt in 2023 ‘verscheurd’ door een gloednieuw album: ‘Momentum’. Dat album werd gemaakt door vier originele leden: Lutz “Lüül” Graf-Ulbrich (gitaren, banjo), Michael Hoenig (keyboards, synthesizer, electronic percussion), Gustl Lütjens (gitaren, stem) en Burghard Rausch (drums, electronic percussie).
Het album is samengesteld in de Coronatijd en op diverse plekken en momenten opgenomen. De gitaarpartijen van Lütjes toegevoegd, want Lütjes was al in 2017 overleden. De baspartijen zijn verzorgd door Daniel Cordes. Bijzonder is ook de bijdragen van vriend uit de begintijd: Peter Michael Hamel (Santur of Santoor of – Grieks: Santouri) op ‘Levant’. Daarnaast zijn als gast te horen  Benjamin Schwenen (gitaar) op ‘Nouveau Son’ en Pierre Lattes (stem) op ‘Nouveau Son’.
51 jaar na ‘Malesch’ laat Agitation Free horen nog steeds prachtige muziek te kunnen maken. De klank aangepast aan de tijd, maar de insteek nog net als in de beginperiode: prachtige gitaarpartijen, pulserende ritmes, random geluiden, synthesizerklankkleuren. Sommigen noemde dit album een ‘cinematic soundscape’ en dat is precies wat het is. Albums waarin je zelf de beelden kan maken en een muzikale reis kan maken zijn in mijn optiek altijd goed. Dat een band dat na al die tijd nog kan toont aan dat Agitation Free niet zomaar een band is, maar een groep met enorme zeggingskracht.

Ook al maakte Agitation Free eigenlijk in eerste instantie maar twee albums, het zijn wel twee albums die er toe doen. Sommige kenners van de muziek uit Duitsland noemen ze zelfs de beste die er in Duitsland gemaakt zijn. Dat is wat overdreven vind ik, want er is zoveel goede muziek uit ons buurland. Sterker  vind ik dat Agitation Free jaren later hun visie, energie en enthousiasme nog steeds kan laten klinken met de visie van toen, maar wel met een actueel geluid. Dat zegt wel wat over de kwaliteiten van de musici. Vreemd genoeg wordt Agitation Free niet altijd genoemd als het gaat over ‘Krautrock’ of ‘Deutschrock’, dan hoor je vaker de namen Can, Kraftwerk of Tangerine Dream. Allemaal goed, maar in die rij ontbreekt zeker Agitation Free, dus: “You play for us today!”

 
tekst: Paul Lemmens, mei 2025
afbeeldingen: © Vertigo/MIG/Barclay/Spalax/Revisited Records/Musique Intemporelle/Garden of Delights/SPV/Prudence/Esoteric Recordings.